Op 6 mei jongstleden ontving de Tweede Kamer van Minister Van Gennip het jaarverslag van de Nederlandse Arbeidsinspectie. In het jaarverslag wordt middels enkele praktijkverhalen duidelijk gemaakt waar de arbeidsinspecteurs in hun dagelijkse praktijk tegenaan lopen. Daarnaast worden er uiteraard veel cijfers geleverd. Daar zitten ook enkele opmerkelijke bij.

Wat allereerst opvalt is dat de inspectie constateert dat veel arbeidsongevallen niet bij hen worden gemeld. Uit een in 2021 uitgevoerde scan concludeert de Arbeidsinspectie dat het om iets meer dan de helft van de arbeidsongevallen gaat. Dit jaar nog volgt een plan om het aantal ondermeldingen terug te dringen.

Net als in eerdere jaren vielen in absolute zin de meeste slachtoffers van ernstige arbeidsongevallen in de sectoren industrie, bouwnijverheid, handel en vervoer en opslag. Afgezet tegen het aantal banen is afvalbeheer (inclusief waterleidingbedrijven) in 2021 de sector waarin relatief de meeste slachtoffers van ernstige arbeidsongevallen vielen: gemiddeld 144 per 100.000 banen van werknemers, gevolgd door de bouw met 114 en landbouw, bosbouw en visserij met 96 slachtoffers per 100.000 banen.

In 2021 raakten 2.014 slachtoffers betrokken bij een arbeidsongeval. Het gaat om 23 slachtoffers per 100.000 banen. De Arbeidsinspectie registreerde 58 dodelijke arbeidsongevallen en 60 slachtoffers. Dit aantal dodelijke slachtoffers is vergelijkbaar met eerdere jaren waarin de Inspectie steeds 50 tot 70 dodelijke slachtoffers registreerde. Er is ook beter nieuws. In 2021 ontving de Inspectie 3.482 meldingen van arbeidsongevallen, 5% minder dan in 2020 en 18% minder dan in 2019. De verklaring hiervoor is dat grote groepen werknemers vanwege lockdownmaatregelen thuis moesten werken. De economische activiteit in sectoren waar nog wel op locatie werd gewerkt, nam daarnaast af.