Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft een Interdepartementaal Beleidsonderzoek (IBO) laten uitvoeren naar de mogelijke vereenvoudiging van de sociale zekerheid. Als er iets vereenvoudigd kan worden binnen de sociale zekerheid dan zijn het onze arbeidsongeschiktheidsregelingen. Hiervoor doet de IBO-werkgroep dan ook een aantal zeer interessante voorstellen ter vereenvoudiging. Van hervorming WIA tot een volledige stelselwijziging.
Nieuwe WIA volgens de ambtenarij
Inschrijven voor onze gratis Digi-kwest nieuwsbrief.
De IBO werkgroep bestaat uit werknemers van de ministeries van SZ&W, Financiën, Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Economische Zaken en Klimaat en Algemene Zaken. Daarnaast hadden Divosa, het Centraal Planbureau, UWV en de Sociale Verzekeringsbank leden afgevaardigd. De werkgroep vindt dat we een stelsel hebben laten groeien dat zo ingewikkeld is geworden dat velen er de weg nauwelijks meer in kunnen vinden, laat staan als ze erop aangewezen zijn in een stressvolle situatie. Het stelsel met al zijn verschillende regelingen, begrippen en vereisten is het uitgangspunt geworden, niet de burger die erop aangewezen is voor bestaanszekerheid en/of weer een plek wil vinden op de arbeidsmarkt. Het moet dus eenvoudiger. Zeker de arbeidsongeschiktheidsregelingen.
Momenteel is het arbeidsongeschiktheidsstelsel opgesplitst in de regelingen: WIA, WAO, Ziektewet, de Wajong, een gedeelte van de Participatiewet, en de WAZ. Ook de Anw-regeling is deels gericht op mensen met een bepaalde mate van arbeidsongeschiktheid. Voor burgers kan vereenvoudiging worden bereikt wanneer er een uniforme, eenvoudige regeling komt en overgang van de ene regeling naar de andere regeling wordt voorkomen. Los van het stelsel van regelingen voor ziekte en arbeidsongeschiktheid, is een regeling als de WIA op zichzelf al zeer complex, door bijvoorbeeld het onderscheid tussen IVA en WGA, de verschillende fases van de WGA die een burger in relatief korte tijd kan doorlopen, en de bepaling van de hoogte van de uitkering. De werkgroep doet twee voorstellen voor mogelijke vereenvoudiging. De eerste is dat alle regelingen, inclusief het huidige bestand, overgaan naar één nieuwe regeling voor arbeidsongeschiktheid. De tweede optie is dat enkel de WIA wordt hervormd.
Die WIA hervorming zou samengevat volgens de IBO-werkgroep de volgende uitgangspunten kunnen hebben:
- de mate van arbeidsongeschiktheid kan worden afgezet tegen het WML i.p.v. tegen het oude loon;
- het duurzaamheidscriterium vervalt;
- de loongerelateerde fase van maximaal 2 jaar gekoppeld aan het WW-recht (zoals nu in de WIA) blijft bestaan en gaat voor iedereen gelden;
- er komt een bodemuitkering van 70 procent van het minimumloon;
- na de loongerelateerde fase wordt de uitkering vastgesteld op 70 procent van het minimumloon of op een gemiddelde van alle uitkeringsbedragen die momenteel worden betaald;
- 30% van het loon naast de uitkering wordt niet verrekend.
De vereenvoudiging betekent volgens de werkgroep ook een besparing die in de miljarden kan lopen. Een aantal knelpunten van het huidige stelsel verandert echter niet. Zo moet de drempel van 35 procent arbeidsongeschiktheid om in aanmerking te komen voor een uitkering in stand blijven. De argumentatie daarachter is dat verlaging van die grens geen vereenvoudiging betekent. Ook het aantal wachtdagen voordat gebruik kan worden gemaakt van de regeling blijft gelijk. Dit om een (te) hoge instroom in de nieuwe regeling als gevolg van (zeer) kortdurende ziektes te voorkomen.
De minister heeft het IBO-rapport met dank aanvaard en onderschrijft de conclusies waar het gaat om de noodzaak tot vereenvoudiging. Voor de aanpassing van arbeidsongeschiktheidsregelingen verwijst zij, vanzelfsprekend, naar de Onafhankelijke Commissie Toekomst Arbeidsongeschiktheidsstelsel (OCTAS). De IBO-werkgroep stelt voor dat hun ideeën als input door OCTAS worden gebruikt. Ze geven ook nog de tip mee om te bekijken of bij een hervorming één regeling kan worden gemaakt waar ook zzp’ers onder kunnen vallen.