Terug naar overzicht
06 juli 2015

Loonkostensubsidie is niet genoeg

UWV heeft een eerste tussentijdse meting uitgevoerd die duidelijk maakt hoeveel extra banen werkgevers in de jaren 2013 en 2014 hebben gerealiseerd voor mensen uit de doelgroep van de banenafspraak. Uit deze tussenmeting blijkt

Inschrijven voor onze gratis Digi-kwest nieuwsbrief.

UWV heeft een eerste tussentijdse meting uitgevoerd die duidelijk maakt hoeveel extra banen werkgevers in de jaren 2013 en 2014 hebben gerealiseerd voor mensen uit de doelgroep van de banenafspraak. Uit deze tussenmeting blijkt dat er op 1 januari 2015 10.732 banen voor mensen uit de doelgroep zijn bijgekomen ten opzichte van de nulmeting. Dat hadden er 9.000 moeten zijn. Van de 10.732 extra banen zijn er 6.900 banen inleenverbanden. Vooral de marktpartijen doen het goed, maar dat komt volgens onderzoekers van Tilburg University niet door de loonkostensubsidie.

Een loonkostensubsidie om werkgevers te stimuleren mensen met een beperking in dienst te nemen, heeft weinig effect. Hiervoor is volgens de onderzoekers meer nodig, zoals daadwerkelijk inspelen op talenten van de doelgroep en het creëren van de juiste randvoorwaarden bij werkgevers. De inzet van het instrument loonkostensubsidie heeft daarnaast ook potentieel nadelige effecten. Denk daarbij aan de loonwaarde die jaarlijks moet worden vastgesteld en daardoor werkgevers kan afschrikken. Een ander nadelig effect is dat er een kans is dat gemeenten de loonkostensubsidie vooral inzetten voor de meest productieve mensen. Deze hebben een hogere loonwaarde zodat gemeenten, die geconfronteerd worden met bezuinigingen, minder aan loonkostensubsidie hoeven uit te geven.

De onderzoekers presenteren in het rapport ‘Het werkt niet vanzelf Over loonprikkels als instrumenten in de Participatiewet’ een model met daarin verschillende factoren die bij werkgevers een rol spelen in het proces van het in dienst nemen én houden van mensen met een arbeidsbeperking, zoals bedrijfscultuur, imago en begeleiding. Een integrale aanpak met oog voor al die factoren is volgens de onderzoekers noodzakelijk.

In een aanvullend onderzoek willen de onderzoekers antwoord krijgen op de vraag onder welke condities de financiële instrumenten wel en niet (zouden) kunnen werken in het licht van de Participatiewet.

Bronnen: Instituut Gak en Tilburg University