Terug naar overzicht
23 oktober 2023

Goede wijzigingen Banenafspraak en een twijfelachtige

De Wet Banenafspraak en quotum arbeidsbeperkten moet zorgen voor 125.000 banen voor werknemers met een afstand tot de arbeidsmarkt. Dat is mooi. Minder mooi is dat de Wet ingewikkeld is, samenwerking binnen de banenafspraak complex is, op het onmogelijke af, en dat de administratieve lasten hoog zijn. Daarom heeft het kabinet de Wet tot vereenvoudiging van de banenafspraak en de quotumregeling voor arbeidsbeperkten gemaakt. Wordt het ook beter?

Inschrijven voor onze gratis Digi-kwest nieuwsbrief.

De praktische problemen van de huidige Wet komen onder andere voort uit de wijze op welke plek een baan meetelt. Bijvoorbeeld in de overheidssector of de private sector, bij een uitlenende werkgever of een inlenende. Dit wordt volgens het kabinet deels opgelost door alle banen op een hoop te gooien; er komt 1 banenafspraak voor alle publieke en private werkgevers. Dat lijkt vooral mooi voor de publieke werkgevers die in zijn totaliteit nooit de jaarlijkse doelstelling van te realiseren banen gehaald hebben. Het andere deel van de oplossing komt als de quotumregeling wordt ingevoerd.

Het plan om jaarlijks extra banen te realiseren, totdat eind 2025 er 125.000 banen zijn gerealiseerd voor de doelgroep, verandert niet. Als het aantal banen in een bepaald jaar onverhoopt niet wordt gehaald, dan wordt de quotumregeling geactiveerd. Het plan is nu om daarvoor een inclusiviteitsopslag te gaan heffen, die onderdeel wordt van de Aof-premie. De opslag geldt alleen voor werkgevers met meer dan 25 werknemers en sluit daarmee mooi aan op de differentiatie die is ingevoerd op de Aof-premie. De opslag zal ongeveer neerkomen op 5.000 euro per niet behaalde baan en moet het besparingsverlies op uitkeringen compenseren en de verhoging van de LKV. Die LKV wordt namelijk hoger zodra de quotumregeling wordt geactiveerd. Ook hierbij zal er ongeveer sprake zijn van 5.000 euro. Een (middel)grote werkgever die exact voldoet aan zijn quotum speelt op die manier quitte, werkgevers die meer doen worden beloond en zij die te weinig doen bestraft. Zodra de quotumregeling is geactiveerd, blijft deze van kracht. Daarmee blijven de LKV’s ook van kracht en dus niet beperkt op drie jaren.

De vraag bij wie een dienstverband meetelt, kan volgens het kabinet worden opgelost met de LKV’s. Een inlenende werkgever heeft in principe nergens recht op, maar zorgt wel voor een arbeidsplaats. Doordat uitlenende werkgevers geen inclusiviteitsopslag betalen over uitgezonden personeel, kunnen ze de bonus doorberekenen aan de inlenende werkgever. Ook voor banen via samenwerkingsvormen als inkoop kunnen werkgevers onderling afspraken maken over de verdeling van de bonus. Prachtig. Maar met deze werkwijze als uitgangspunt; waarom is het dan nodig om de banenafspraak van de overheid en de markt samen te voegen?