Terug naar overzicht
22 december 2014

En-kwestie: Teveel ruimte

Inschrijven voor onze gratis Digi-kwest nieuwsbrief.

Met een opgetrokken wenkbrauw nam ik kennis van een bericht van onze ministerraad. Onze landshoeders zijn druk bezig met een zogeheten Samenwerkingsagenda Krimp.  Gezamenlijk willen ze regio’s helpen, waar teveel ruimte ontstaat door een krimp in de bevolking. Te weinig mensen in te veel ruimte is namelijk niet goed voor de economie. De overheid wil daarom huizen slopen en mkb’ers in krimpgebieden helpen. Dat is symptoombestrijding. Als er te veel ruimte is door te veel krimp in de bevolking dan is er een logische oplossing. Je moet de ruimtes tussen de bevolking verkleinen, daar komt groei van.

Door de individualisering in onze moderne maatschappij zijn we verleerd om de ruimtes klein te houden. Iedereen heeft behoefte aan persoonlijke ruimte en zolang die ruimte gerespecteerd wordt, is er sprake van krimp. De oplossing ligt natuurlijk bij de ouders. Allereerst door ouder te worden en vervolgens door het nageslacht te leren hoe verstandig met de persoonlijke ruimte om te gaan. Van de week heb ik dat laatste geprobeerd.

Dochterlief zat druk te instagrammen met andere mobiele meisjes naast haar op de bank. Toen ik er vrolijk bij kwam zitten, sloeg de sfeer dramatisch om. Ik werd door twaalf, met ongeoefende hand opgemaakte ogen de deur uit gekeken. Angstaanjagend was het. Heksjes.

Niet geremd door deze mislukking betrad ik het domein van zoon nummer één. Na het eten had hij verkondigd geen tijd te hebben voor de afwas aangezien hij heul veul huiswerk had. Ik besloot zijn persoonlijke ruimte te betreden door over zijn schouder mee te kijken naar zijn huiswerkactiviteiten op de computer. Verschrikt keek hij op en klikte schichtig een scherm weg dat volgens mij iets met biologie te maken had. Of ik alsjeblieft wilde gaan afwassen.

’s Avonds kon ik mijn goedbedoelde, doch niet geslaagde pogingen gelukkig  bespreken met vrinden in de kroeg. Zij bleken op dit gebied soortgelijke ervaringen te hebben. Door hun woorden getroost ging ik een stuk geruster huiswaarts. Toen ik de echtelijke sponde betrad besloot ik mijn goede stemming met de al slapende mevrouw Vluggen te delen en meteen mijn tijdens de fietsrit onderkoelde handen en voeten enigszins aan haar op te warmen. Haar reactie was opmerkelijk en ik vermoed niet dat ik dit jaar nog haar persoonlijke ruimte zal betreden.

De volgende ochtend zat ik op de bank te bedenken dat die Samenwerkingsagenda Krimp misschien toch nodig is. Op dat moment betrad zoon nr. 2 de kamer met een boek dat hij vorige week heeft gekregen voor zijn negende verjaardag. Terwijl hij doorging met lezen klom hij op m’n schoot en ging er eens goed voor zitten. Wat een heerlijk gewenste inbreuk op m’n persoonlijke ruimte! Het gaat allemaal toch nog goed komen.

Fijne dagen!