Terug naar overzicht
14 juni 2021

De SER over loondoorbetaling en WIA

Waar het gaat om de vormgeving van onze arbeidsmarkt hebben de verenigingen van werkgevers en werknemers een grote stem. Die stem wordt onder andere gebruikt binnen de Sociaal Economische Raad (SER). Bij de SER zijn naast vertegenwoordigers van werkgevers en werknemers ook onafhankelijke deskundigen betrokken; de zogeheten kroonleden. De SER adviseert de overheid over sociaal en economisch beleid en heeft in die rol op 2 juni jl. een ontwerpadvies voor de middellange termijn ten behoeve van een volgend kabinet gepresenteerd. In het advies lazen we een aantal opmerkelijke ideeën over de loondoorbetaling bij ziekte en de WIA.

Inschrijven voor onze gratis Digi-kwest nieuwsbrief.

De afgelopen jaren is er regelmatig en van meerdere kanten geopperd om de periode van loondoorbetaling bij ziekte te verkorten. Het gaat dan meestal om verkorten naar een jaar, of het collectiviseren van het tweede ziektejaar voor MKB-werkgevers. De SER denkt daar anders over en wil de periode van loondoorbetaling bij ziekte op twee jaar houden. Wat wel moet veranderen is dat vanaf het tweede ziektejaar de re-integratie zich in principe altijd richt op het tweede spoor, tenzij de werkgever na overleg met de bedrijfsarts en werknemer besluit om het eerste spoor te blijven volgen. De werkgever moet zowel de loondoorbetalingsverplichting als de re-integratieverplichting kunnen overdragen aan een verzekeraar. De arbeidsovereenkomst eindigt na twee jaar ziekte, of eerder indien de werknemer duurzaam via het tweede spoor bij een andere werkgever een baan heeft gevonden.

De WIA moet wat betreft de SER op drie punten veranderen. Allereerst moet de ondergrens om in aanmerking te komen voor een uitkering worden verlaagd naar 15 procent. Met andere woorden; liever geen 35-minners meer. Dat betekent dat ruim een derde van de WIA-aanvragers die in het huidige stelsel geen WIA-uitkering krijgen, dan wel recht zullen hebben op een WGA-uitkering. Die WGA-uitkering wordt op dit moment de eerste tien jaar verhaald op de werkgever via premiedifferentiatie of eigenrisicodragerschap. De tweede WIA-wijziging is dat de SER de periode van doorbelasting wil verkorten naar vijf jaar. Een laatste voorgestelde wijziging is dat de SER wenst dat het arbeidsongeschiktheidspercentage wordt vastgesteld op basis van een realistische toets. Er wordt dan reëel gekeken naar functies die voor de werkende uitvoerbaar zijn in plaats van naar theoretische mogelijkheden die in de praktijk niet bestaan. Met een dergelijke formulering kan je een hoop kanten uit en het is de vraag wat de Raad exact bedoelt.

We zullen in ieder geval nog wel even moeten wachten totdat duidelijk is wat de adviezen voor onze wetgeving gaan betekenen. Eerst zal er immers een nieuw kabinet geformeerd moeten worden.