Terug naar overzicht
04 februari 2019

Arbobalans

We hebben even tijd gemaakt om de Arbobalans voor u door te nemen. De Arbobalans wordt jaarlijks door onderzoekers van TNO in opdracht van het ministerie van sociale zaken en werkgelegenheid uitgevoerd. De rapportage beschrijft de verschillende aspecten van arbeidsomstandigheden, de gevolgen hiervan en het beleid dat bedrijven hierop voeren. In de Arbobalans staan vaak interessante cijfers over preventie, ziekteverzuim en arbeidsongeschiktheid. Dat is deze editie, die handelt over 2017, niet anders. We hebben voor u een selectie gemaakt.

Inschrijven voor onze gratis Digi-kwest nieuwsbrief.

  • De werkzame beroepsbevolking (15 tot 75 jaar) bestaat in Nederland in 2017 uit 8,6 miljoen werkenden, waaronder 7,2 miljoen werknemers, 1,1 miljoen zelfstandig ondernemers zonder personeel en circa 370 duizend zelfstandig ondernemers met personeel.
  • Gemiddeld verzuimen zzp’ers minder dan werknemers met een vast dienstverband. Zzp’ers hebben minder kans op een arbeidsongeval (2,2% voor zzp’ers en 1,6% voor zelfstandig ondernemers met personeel) dan werknemers (3,4%).
  • Binnen de groep werknemers blijft het aandeel met een vast contract dalen, van 81% in 2007 naar 73% in 2017, en zal naar verwachting verder dalen tot 70% in 2020.
  • Het percentage werknemers dat (ook) thuis werkt is gestegen van ruim 26% in 2007 tot bijna 36% in 2017.
  • Het gemiddeld aantal uren beeldschermwerk van werknemers neemt toe van 3,7 uur per dag in 2007 naar 4,0 uur per dag in 2017 en het aandeel werknemers dat 6 uur of meer per dag beeldschermwerk verricht (een kritische grens voor de kans op klachten) stijgt van 34% naar 39%.
  • Bij de psychosociale belasting is een duidelijke toename van hoge taakeisen, zoals snel moeten werken of heel veel werk moeten doen, van 35% in 2007 naar 40% in 2017.
  • Werkgevers zien werkdruk (48%), fysieke belasting (35%) en/of beeldschermwerk (29%) als belangrijkste arbeidsrisico’s
  • Werknemers hebben vooral behoefte aan maatregelen tegen werkdruk en werkstress (57%), klachten van arm, nek en schouders (KANS; 42%), fysiek zwaar werk (34%) en emotioneel zwaar werk (34%).
  • Het aantal burn-outklachten onder werknemers stijgt van 11% in 2007 naar 16% in 2017.
  • In 2017 heeft 44% van de werknemers ten minste één maal verzuimd. Gemiddeld verzuimen alle werknemers in 2017 - inclusief de niet-verzuimers - één keer per jaar. Het gemiddeld aantal verzuimde werkdagen is 7. Het percentage werknemers met langdurend verzuim is hoger dan in voorgaande jaren. Dit kan leiden tot een hogere WIA-instroom in de nabije toekomst.
  • Het ziekteverzuim van werknemers met een vast dienstverband is bijna twee keer zo hoog als dat van werknemers met een tijdelijk contract. Ook uitzendkrachten en oproep-/invalkrachten hebben een relatief laag verzuim. Het verzuim van zzp’ers ligt daar tussenin. Het verzuimpercentage is relatief hoog onder vrouwen, oudere werknemers, laag-opgeleide werknemers, werknemers met een chronische of langdurige aandoening en gescheiden en verweduwde werknemers. Werknemers met een niet-westerse migratieachtergrond hebben een wat lager verzuim dan werknemers met een Nederlandse of westerse migratieachtergrond.
  • Van alle werknemers die in 2017 verzuimen, geeft 27% aan dat de klacht bij hun laatste verzuimgeval deels of hoofdzakelijk aan het werk gerelateerd is. Dat is het hoogste percentage in de afgelopen 10 jaar.
  • In 2017 hebben 116 duizend werknemers (1,6%) een arbeidsongeval gehad tijdens het werk dat heeft geleid tot verzuim. Bij zelfstandigen is de kans op een ongeval met verzuim lager dan bij werknemers: 1,3% van de zelfstandig ondernemers zonder personeel en 0,7% van de zelfstandig ondernemers met personeel heeft in 2017 een ongeval met verzuim.

Voor inkomensadviseurs kan het interessant zijn om de Arbobalans door te nemen op de specifieke sectorkenmerken van hun relaties. De Arbobalans kunt u hier vinden.