In het Sociaal akkoord dat op 11 april 2013 door het kabinet en de sociale partners (verenigd in de stichting van de arbeid) werd gesloten, staan belangrijke afspraken over de hervorming van het ontslagrecht en de aanpassing van de ketenbepaling. Ook over de
Wie gaat de WW en de WGA aanvullen?

Inschrijven voor onze gratis Digi-kwest nieuwsbrief.
In het Sociaal akkoord dat op 11 april 2013 door het kabinet en de sociale partners (verenigd in de stichting van de arbeid) werd gesloten, staan belangrijke afspraken over de hervorming van het ontslagrecht en de aanpassing van de ketenbepaling. Ook over de werkloosheidswet zijn een aantal afspraken gemaakt. Zo willen de sociale partners de premiebetaling van de WW gelijkelijk over werkgevers en werknemers verdelen en moet de verkorting van de WW-opbouw en duur via de cao gerepareerd kunnen worden. Dit geldt ook voor de loongerelateerde WGA-uitkering omdat deze is gekoppeld aan de WW-duur.
Inmiddels heeft er een evaluatie plaatsgevonden over de uitvoering van de afspraken uit het Sociaal Akkoord. Over de verdeling van de premiebetaling is inmiddels duidelijk dat dit niet zal gebeuren. Als de werknemers ook premie voor de WW gaan afdragen, dan houdt dit namelijk in dat de Wet uniformering loonbegrip moet worden aangepast. De Stichting van de arbeid (Star) kiest daarom voor een andere oplossing. Werkgevers blijven volledig de financiering van de WW op zich nemen en werknemers zullen de aanvullingen volledig betalen.
Hoe die aanvulling eruit ziet is duidelijk; het vult de publieke WW-uitkering voor wat betreft opbouw en duur aan tot het niveau van voor invoering van de Wet werk en zekerheid. Nog niet duidelijk is wie de private WW-aanvullingen gaat uitvoeren. De Stichting van de arbeid wil graag dat één landelijke partij de uitvoering verzorgt. Het ministerie van Sociale Zaken & Werkgelegenheid heeft al aangegeven dat zij niet wenst dat het UWV deze taak gaat uitvoeren. Pensioenfondsen komen ook niet aanmerking voor deze klus omdat zij volgens de Pensioenwet niet het werkloosheidsrisico mogen verzekeren. Een mogelijkheid die wel open staat is dat de uitvoering gebeurt door een speciaal voor dit doel op te richten fonds (zoals een transitiefonds), of onderbrenging bij een al bestaand sectoraal of cao-fonds zoals een O&O-fonds.
Een laatste mogelijkheid is om de uitvoering onder te brengen bij een verzekeraar. Daarbij valt te denken aan Sazas die ruime ervaring heeft met het uitvoeren van sectorale arrangementen (en onlangs al aangaf dat zij voor alle sectoren graag het tweede ziektejaar wil verzekeren). Een andere mogelijkheid is de verzekeraar van Uneto-VNI die samen met Achmea al de WIA aanvullingsverzekeringen voor haar sector regelt. Achmea zelf kan natuurlijk ook de uitvoering verzorgen. Naast dat zij nu natuurlijk al diverse aanvullende cao-regelingen uitvoert, heeft dochter Centraal Beheer bovendien haar wortels in de uitvoering van de werknemersverzekeringen. We moeten het nog even afwachten, maar de Star verwacht dat al per 1 maart aanstaande de eerste regelingen zullen zijn afgesloten. Ze zijn nog in gesprek met slechts twee partijen die de uitvoeringen kunnen en willen verzorgen.
In totaal gaat het om een flinke nieuwe verzekeringsmarkt. Er zijn momenteel rond de 7,2 miljoen werknemers met volgens UWV een relevante loonsom van rond de 220 miljard euro. Bedenk daarbij dat de verzekeringspremie volgens de Star structureel 0,75% zal bedragen. Een mooie klus dus voor de partij die de cao-regelingen gaat uitvoeren, maar aangezien 18 procent van de werknemers niet onder een cao valt, blijft er ook voor andere partijen nog genoeg aanbod. Als iedereen ‘aangevuld moet worden’ ligt er nog steeds een premie van bijna 300 miljoen euro te wachten dankzij de Sociale partners.


