Terug naar overzicht
11 juni 2019

Wajong eenvoudiger, of toch niet

Sinds 1 januari 1998 hebben we de Wajong, sinds 2010 hebben we daarnaast een tweede Wajong die zelf weer uit twee verschillende regelingen bestaat en per 2015 zag de derde en voorlopig laatste Wajong het levenslicht. Best wat regelingen voor dezelfde doelgroep. Dat moet eenvoudiger kunnen en dat is dan ook de bedoeling van staatssecretaris Van Ark die daartoe enkele plannen heeft gepubliceerd. UWV twijfelt echter of haar plannen wel begrijpelijk zijn.

Inschrijven voor onze gratis Digi-kwest nieuwsbrief.

Het belangrijkste onderdeel van het voorstel van Van Ark is dat de Wajonger nog maar met één vorm van inkomstenverrekening te maken heeft. Het uitgangspunt bij die inkomstenverrekening moet zijn dat werken lonend is. De Wajong moet wat dat betreft op de WIA gaan lijken; van elke verdiende euro moet de uitkeringsgerechtigde er dertig cent wijzer van worden. Tot zover klinkt het begrijpelijk, maar dan komt de loondispensatie om de hoek kijken. Om ook Wajongers die werken met loondispensatie de mogelijkheid te bieden hun totaalinkomen naar het wettelijk minimumloon toe te laten groeien bij voltijdswerken, wordt een compensatiefactor geïntroduceerd. Hiermee wordt het totale inkomen onafhankelijk van de loonwaarde van een Wajonger. Met de compensatiefactor erbij wordt de formule voor de berekening van inkomensondersteuning in de Wajong als volgt:

  • (0,7 x minimumloon) – (0,7 x (loonwaarde – 0,3) / (0,7 x loonwaarde) x Inkomen)

Het UWV heeft een uitvoeringstoets uitgevoerd over het wetsvoorstel van Van Ark en kan de nieuwe berekening naar verwachting per 2021 in hun ICT-systemen hebben verwerkt. De uitvoerder ziet op een ander vlak echter wel problemen. In haar rapportage aan de staatssecretaris schrijft UWV:

De voorgestelde aanpassing van de regels voor het berekenen van de uitkering is voor UWV technisch uitvoerbaar. De regels zijn echter niet uitlegbaar en wij verwachten dat deze maatregel daarom niet het beoogde effect zal hebben. Het doel van het wetsvoorstel, en met name van dit onderdeel, is het wegnemen van drempels die participatie van Wajongers in de weg staan. Bekend is dat de onzekerheid over de hoogte van het inkomen en de gevolgen voor de uitkering de grootste belemmeringen zijn voor Wajongers om aan het werk te gaan… …De voorgestelde regels voor het berekenen van de uitkering zullen de onzekerheid over de hoogte van het inkomen bij Wajongers die willen gaan werken niet wegnemen. De drempel die Wajongers hierdoor ervaren zal met de voorgestelde regels blijven bestaan en deze maatregel zal daarom niet effectief zijn.

Van Ark heeft de kritiek tot zich genomen en zorgt ervoor dat de uitkeringsformule wordt versimpeld voor Wajongers die werken zonder loondispensatie, zij hebben de compensatiefactor immers niet nodig. Voor de overige werkende Wajongers (meer dan 40 procent) verwacht de staatssecretaris veel van goede voorlichting en een rekentool die ontwikkeld gaat worden.

Alle maatregelen voor aanpassing van de Wajong en de reacties erop van onder andere UWV kunt u hier lezen.