Ongeveer een jaar geleden verscheen het hoofdlijnenakkoord ‘hoop, lef en trots’ van de huidige coalitiepartners. In het akkoord zelf viel over onze sociale zekerheid niet bijster veel te lezen. De verrassingen waren te vinden in de budgettaire bijlage behorend bij het akkoord. Daarin wordt bijvoorbeeld de wijziging van de compensatie van transitievergoedingen vermeld en ook de maatregel om de WW te wijzigen. In het verlengde daarvan komt ook de WGA-loongerelateerde uitkering aan de beurt.
Verkorting WGA LGU

Inschrijven voor onze gratis Digi-kwest nieuwsbrief.
Bij aanvang van de WIA werd de duur van de WGA-loongerelateerde uitkering conform de WAO-systematiek gebaseerd op de leeftijd van de uitkeringsgerechtigde. De maximale uitkeringstermijn bedroeg destijds vijf jaar. Per 2008 is de duur van de loongerelateerde uitkering gekoppeld aan de duur van de WW-uitkering. De maximale termijn werd ook gelijk aan die van de WW-uitkering: 38 maanden. Vanaf 1 januari 2016 is de maximale uitkeringsduur stapsgewijs tot april 2019 ingekort van maximaal 38 maanden tot maximaal 24 maanden. In het Hoofdlijnenakkoord is afgesproken dat er een besparing plaats zal vinden op de Werkloosheidswet van 200 miljoen euro per jaar vanaf 2027. De uitwerking van deze maatregel door het kabinet bestaat uit de verkorting van de maximale WW-duur van 24 naar 18 maanden. Door de koppeling heeft dit gevolgen voor de WGA loongerelateerde uitkering. Ook de maximale termijn van deze uitkering zal met zes maanden worden verkort.
De verkorting van de loongerelateerde uitkeringen betekent een besparing voor de overheidsfinanciën. Daar tegenover staat dat de uitgaven aan de Toeslagenwet voor mensen met een WGA-uitkering na afloop van de loongerelateerde uitkering naar verwachting hoger uitvallen. Per saldo in 2030 bespaart de wijziging rond 54 miljoen euro aan uitgaven op de SZW begroting.
Zoals hierboven vermeld is de loongerelateerde uitkering al eerder in maximale lengte verkort. Met de Wet Werk en Zekerheid (Wwz) in 2016 is de huidige maximale lengte ontstaan en tegelijkertijd is toen de opbouw van rechten vertraagd. De sociale partners hebben daarop besloten tot reparatie over te gaan. De Stichting Private Aanvulling WW en WGA (SPAWW) is de belangrijkste uitvoerder van de reparatie van het zogenoemde derde WW-jaar. Middels verzamel-cao’s worden de wijzigingen van de Wwz tenietgedaan. Het is afwachten wat er vanuit SPAWW-hoek gaat gebeuren als er wederom een versobering plaats gaat vinden. De stichting zelf kijkt hiervoor naar de sociale partners. Interim voorzitter Henk de Jong van FNV vond in ieder geval wel iets van de plannen: "Als deze botte bezuiniging doorgaat kan niemand meer met droge ogen zeggen dat we in Nederland een fatsoenlijke bescherming tegen werkloosheid hebben". Het zal niemand verbazen dat ook CNV niet warmloopt voor het plan.
Op 22 mei aanstaande wordt gedebatteerd met de vaste commissie voor Sociale Zaken & Werkgelegenheid over de gewijzigde begroting en de voorjaarsnota.