De Wet Verduidelijking beoordeling arbeidsrelaties en rechtsvermoeden (Vbar) moet verduidelijken wanneer sprake is van werknemerschap en wanneer van werk dat door een zelfstandige kan worden verricht. Doel van Vbar is om schijnzelfstandigheid tegen te gaan. In de wet is een toetsingskader geïntroduceerd. SZ&W heeft dit toetsingskader uitgewerkt middels een algemene maatregel van bestuur en deze uitwerking is nu te bewonderen in een internetconsultatie.
Verduidelijking beoordeling arbeidsrelaties

Inschrijven voor onze gratis Digi-kwest nieuwsbrief.
Een werknemer werkt in dienst van een werkgever. Dat is een nogal open definitie die zorgt voor onduidelijkheid en heel veel jurisprudentie. De wet Vbar wil met een toetsingskader de beoordeling duidelijker maken met een toets op twee elementen. Ten eerste moet sprake zijn van arbeid verricht onder werkinhoudelijke of organisatorische sturing van de werkgever. Daarnaast moet geen sprake zijn van het verrichten van arbeid voor eigen rekening en risico van de werknemer, of van arbeid die in mindere mate wordt verricht voor eigen rekening en risico dan dat sprake is van het eerste element (sturing). DeAMvB die nu ter internetconsultatie voorligt biedt een nadere invulling aan deze twee elementen.
Voor de werkinhoudelijke en organisatorische sturing heeft SZ&W de volgende indicaties benoemd:
Werkinhoudelijke sturing
- De werkgevende is bevoegd om aanwijzingen en instructies te geven over de wijze waarop de werkende de werkzaamheden moet uitvoeren en de werkende moet deze ook opvolgen.
- De werkgevende heeft de mogelijkheid om de werkzaamheden van de werkende te controleren en is bevoegd om op basis daarvan in te grijpen.
Organisatorische sturing
- De werkzaamheden worden verricht binnen het organisatorisch kader van de organisatie van de werkgevende.
- De werkzaamheden hebben een structureel karakter binnen de organisatie.
- De werkende soortgelijke werkzaamheden verricht als andere werknemers.
Voor het hoofdelement ‘werken voor eigen rekening en risico’ zijn de volgende indicaties benoemd:
- De financiële risico’s en resultaten van de werkzaamheden liggen bij de werkende.
- De werkende zorgt voor een zelfstandige en voor derden als zodanig herkenbare uitvoering van de werkzaamheden.
- De werkende is in het bezit van een specifieke opleiding, werkervaring, kennis of vaardigheden, die in de organisatie van de werkgevende niet structureel aanwezig is.
- Er is sprake van een korte duur van de opdracht en/of een beperkt aantal uren per week.
- Er is sprake van kenmerken die wijzen op ondernemerschap van de werkende voor soortgelijke werkzaamheden.
Er is zowel in de wet Vbar als in deze aanvullende AMvB geen overgangsrecht opgenomen. De regels zijn daardoor van toepassing op zowel arbeidsovereenkomsten die op 1 juli 2026 bestaan als op arbeidsovereenkomsten die op of na die datum ingaan. Reageren op de plannen kan op deze plaats.


