Terug naar overzicht
05 februari 2025

Veranderingen in het arbeidsongeschiktheidsstelsel

Bijna een jaar geleden verscheen het eindrapport van de Onafhankelijke Commissie Toekomst Arbeidsongeschiktheidsstelsel (OCTAS). In het rapport staan drie min of meer uitgewerkte varianten voor een toekomstig arbeidsongeschiktheidsstelsel. Minister Van Hijum van Sociale Zaken & Werkgelegenheid heeft eind januari uitgebreid gereageerd op de OCTAS-voorstellen, op basis van doorrekeningen die zijn ambtenaren hebben verzorgd. Meest interessant om met u door te nemen zijn de mogelijke wijzigingen in de WIA

Inschrijven voor onze gratis Digi-kwest nieuwsbrief.

Van Hijum gaat in een Kamerbrief dieper in op de vorig jaar door OCTAS geschetste WIA-vereenvoudiging die bestaat uit het afschaffen van de IVA-regeling en de WGA-vervolguitkering. Voor de uitvoering biedt afschaffing van de IVA een vereenvoudiging omdat duurzaamheid van volledige arbeidsongeschiktheid niet meer vastgesteld hoeft te worden. Hierdoor komt er broodnodige capaciteit bij voor verzekeringsartsen. Een voorzichtige schatting van SZW is dat er per beoordeling 15 a 25 minuten bespaard kan worden op de gemiddeld 5 uren die een verzekeringsarts momenteel nodig heeft. Afschaffen van de IVA biedt ook financieel voordeel. Voor de overheid tenminste. Becijferd wordt dat door de 5% lagere uitkering er structureel 987 miljoen euro wordt bespaard. Die lagere uitkering betekent uiteraard ook dat er voor de bestaande IVA-ontvangers bedacht moet worden of er overgangsrecht van toepassing zal zijn.

De tweede vereenvoudiging betreft het verdwijnen van de WGA-vervolguitkering. Dat dit het stelsel makkelijker maakt behoeft verder geen betoog. Na de WGA-loongerelateerde uitkering ontvangt een verzekerde 70% van zijn dagloon minus de vastgestelde restverdiencapaciteit (70% * (WIA-maandloon – RVC). Verrekening van inkomen is dan alleen aan de orde als de verzekerde meer dan zijn restverdiencapaciteit verdient. Voor werknemers die onder de WGA-vervolguitkering (zouden) vallen, betekent dit doorgaans dat de uitkering hoger wordt vastgesteld. Voor de werknemers die onder de categorie WGA 80-100 (zouden) vallen, betekent het meestal een lagere uitkering. Voor hen betekent de wijziging een mogelijke prikkel voor een herbeoordeling om volledig afgeschat te worden.

De gevolgen voor werknemers, werkgevers en verzekeraars zijn groot. Een flink deel van de WGA-gerechtigden zal niet meer als volledig arbeidsongeschikt worden gezien (de WGA 80-100 groep), maar als gedeeltelijk arbeidsgeschikt en re-integratieplichten krijgen. Voor werkgevers betekent het een flinke wijziging in de financiering van de werknemersverzekeringen. Met het afschaffen van de IVA wordt de WGA-populatie die onder de werkhervattingskas valt of wordt betaald door een eigenrisicodrager immers veel groter. De afschaffing van de vervolguitkering houdt daarnaast in dat het schadebedrag normaal gesproken een stuk hoger zal zijn. Niet verwonderlijk is daarom dat er ook wordt nagedacht om de periode van financiële WGA-verantwoordelijkheid terug te brengen naar 7 of 5 jaar.

Op korte termijn hoeft u overigens nog geen grote wijzigen te verwachten. De minister wil eerst het maatschappelijke en parlementaire debat aangaan. Hij kan zijn borst natmaken; CNV heeft al laten weten dat wat hen betreft er geen sprake kan zijn van een afschaffing van de IVA.

N.b. bent u Enkwest-abonnee? Dan ontvangt u binnenkort een uitgebreide nieuwsbrief over de plannen van Van Hijum en de ambtelijke OCTAS-uitwerking.