De Socialistische Partij heeft een aantal Kamervragen gesteld over de artsencapaciteit van het UWV. De SP maakt zich zorgen over de kwaliteit van de claimbeoordeling door UWV. Uit de beantwoording, die verzorgd is door minister Asscher, blijkt dat dit nergens voor nodig is.

De Socialistische Partij heeft een aantal Kamervragen gesteld over de artsencapaciteit van het UWV. De SP maakt zich zorgen over de kwaliteit van de claimbeoordeling door UWV. Uit de beantwoording, die verzorgd is door minister Asscher, blijkt dat dit nergens voor nodig is.

Er zijn achterstanden in claim- en herbeoordelingen voor onder andere de WIA, doordat UWV al enige tijd kampt met een tekort aan verzekeringsartsen. Het verloop, de lange opleidingsduur en het capaciteitsverlies door het begeleiden van basisartsen, zorgen ervoor dat het UWV te weinig artsen heeft om alle medische beoordelingen te doen. Eén van de oplossingen om de achterstanden in te lopen, is om te werken met taakdelegatie. Bij de UWV-beoordelingen vindt taakdelegatie plaats door de zgn. AIOS of ANIOS, respectievelijk de arts in opleiding tot specialist en de arts niet in opleiding tot specialist, het werk van de verzekeringsarts te laten doen. Asscher stelt dat de beoordelingen bij UWV altijd door, of onder verantwoordelijkheid van een geregistreerde verzekeringsarts worden uitgevoerd. Doordat de verzekeringsarts eindverantwoordelijk is voor het resultaat van de beoordeling, is de kwaliteit van de beoordeling geborgd. De eindverantwoordelijkheid uit zich in de eindcontrole of contrasignering bij afronding van de beoordeling. De verzekeringsarts beoordeelt daarbij het volledige dossier en zal bij akkoord zijn handtekening zetten. Is een onderzoek niet naar volle tevredenheid uitgevoerd dan zal de verzekeringsarts aangeven wat er mankeert en het dossier teruggeven aan de AIOS of ANIOS.

Een tweede manier om te zorgen voor meer capaciteit van verzekeringsartsen is de inzet ven medisch secretaresses en sociaal medisch verpleegkundigen. De vakvereniging van de verzekeringsartsen bij UWV ziet vooral heil in de inzet van de medisch secretaresse. Hij of zij kan worden ingezet om taken van niet-medische aard over te nemen van de verzekeringsarts. De medisch secretaresse biedt administratieve ondersteuning in de vorm van het samenvatten van dossiers, uittypen van rapportages, of verzamelen van informatie. Over de inzet van sociaal medisch verpleegkundigen is de vereniging minder enthousiast. De reden daarvoor is dat de verpleegkundige bij de claimbeoordeling eigenlijk voor hetzelfde werk in aanmerking komt als de goedkopere medisch secretaresse. Waar het gaat om de inzet van de sociaal medisch verpleegkundige in de Ziektewet, geldt dat UWV liefst ziet dat inzet van de verpleegkundige betekent dat er minder inzet is van de verzekeringsarts. Hier wil de vereniging niet in mee gaan.[1]