UWV heeft eind vorige week haar juninota gepubliceerd. Het UWV deelt met de Juni-nota haar actuele inzichten in de verwachte ontwikkeling van de door UWV uitgevoerde wetten. De prognoses in de

UWV heeft eind vorige week haar juninota gepubliceerd. Het UWV deelt met de Juninota haar actuele inzichten in de verwachte ontwikkeling van de door UWV uitgevoerde wetten. De prognoses in de Juninota voorzien het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW), het Centraal Planbureau (CPB) en het ministerie van Financiën van basismateriaal voor de aankomende rijksbegroting. We hebben de nota voor u doorgenomen, met wat extra aandacht voor de paragrafen over de arbeidsongeschiktheidsfinanciering.

Het UWV denkt niet dat er veel zal veranderen in de hybride markt als gevolg van de samenvoeging van WGA-vast- en WGA-flexrisico’s. Veel werkgevers zullen een nieuwe afweging moeten maken of zij zich voor het totale pakket WGA-vast en –flex verzekeren bij UWV of dat zij eigenrisicodrager willen worden of blijven. UWV verwacht daarbij dat de markt vanaf 2017 stabiel blijft.

Over de premiehoogte van de publieke WGA-verzekering kan UWV ook al iets zeggen. De calculatiepremie van de premie Werkhervattingskas onderdeel WGA-vast was in 2016 0,47% en voor WGA-flex 0,24% (samen 0,71%).  In 2017 wordt dit iets hoger: 0,74%. De calculatiepremie voor de  Ziektewet-flex-premie is en blijft 0,36%. 

De premie voor het Arbeidsongeschiktheidsfonds (Aof) zou per volgend jaar meer omhoog moeten. Dat komt omdat vanaf volgend jaar de eerste uitkeringen die gestart zijn na 2006 een periode van 10 jaar er op hebben zitten. Deze uitkeringen worden vanaf dat moment vanuit het Aof gefinancierd. Dit betekent overigens niet dat de premiebetalers voor de Werkhervattingskas daarvan profiteren. De meeste uitkeringen die overgaan naar het Aof komen namelijk vanuit sectorfondsen.