Het is merkwaardig stil op het ministerie van Sociale Zaken & Werkgelegenheid. Minister Asscher is in geen velden of wegen te bekennen, hij bevindt zich op de wegen richting Malieveld. Naast onze roerganger voor SZ&W, is minister Asscher namelijk lijsttrekker van de PvdA bij de nakende Tweede Kamerverkiezingen. Als lijsttrekker ben je in verkiezingstijd liever niet aan het besturen, dan kan je beter in de schijnwerpers staan. Zonder schijnwerpers scoor je niet en een slechte beoordeling betekent vier jaar lang verpieteren op een oppositiebankje. Vlak voor de verkiezingen is het dus noodzaak om te laten zien hoe goed je bent. Wat dat betreft is er een opvallende gelijkenis met het bedrijfsleven. Ik moest daar vorige week aan denken toen ik werd uitgenodigd voor de periodieke prestatiekeuring door mijn werkgever.
Beoordelingsgesprekken staan normaal gesproken vaak aan het einde van het jaar gepland. Als een soort zwarte Piet mogen leidinggevenden dan vertellen dat het slecht gaat met het bedrijf omdat jij niet goed naar hen hebt geluisterd, of dat het juist redelijk gaat met het bedrijf omdat jij wel goed naar hen hebt geluisterd. De tweede constatering is voor het te beoordelen meewerkend voorwerp natuurlijk veruit favoriet. Een aai over den bol is altijd prettig en zeker als de aaier iemand is die, naast je echtgenote, over de inhoud van je portemonnee gaat.
En dus wordt ieder jaar, langzaamaan, te beginnen na terugkomst van de zomervakantie, steeds wat harder gewerkt. Althans die indruk wordt gewekt. Collega’s waarvan je niet had gedacht dat ze het in zich hadden, komen wat eerder op het werk, bieden ineens spontaan aan te notuleren bij vergaderingen, halen met een glimlach koffie voor de manager, blijven een uurtje langer bij drukte, lachen overdreven hard om misplaatste grappen van leidinggevenden et cetera et cetera. Deze najaarsprofilatie leidt overigens zo goed als nooit tot opwaartse bijstelling van de arbeidsvoorwaarden, maar maak uw collega’s vooral niet wijzer en geniet van hun gedrag.
Mijn werkgever, verder een bijzonder aardige kerel overigens, is niet zo van de beoordelingsgesprekken. Zijn uitgangspunt is dat het normaal is als je je best doet en beoordelingsgesprekken zijn daarmee overbodig. Enkel en alleen vanwege de aaibehoeftes van de werknemers hiero, worden er toch nog beoordelingsgesprekken ingepland. Zij het steevast na de nodige vertagings- en uitsteltactieken. Ergens vind ik het wel vreemd; ze zijn toch niet voor niks bedacht, die prestatiepraatjes. Net toen ik dacht ‘Was er toch maar een solide onderzoek uitgevoerd naar het nut en de noodzaak van beoordelingsgesprekken…’, verscheen het PostNL-onderzoek.
De vereniging van postbezorgers heeft in het bewuste onderzoek geanalyseerd wat de effecten zijn van beoordelingsgesprekken. Wat mij betreft de belangrijkste constatering van het gleuvengilde, was dat een medewerker bij een te positieve beoordeling niet de noodzaak voelt zijn werk beter te doen. Anderzijds heeft een te negatieve beoordeling een negatieve invloed op de werkmotivatie.
Dus een positieve beoordeling is niet goed en een slechte beoordeling ook niet. Kortom, je kan als leidinggevende bij een beoordelingsgesprek het beste zeggen dat iemand gewoon zijn werk doet. Punt. Maar aangezien zo goed als iedere werknemer al weet dat hij gewoon zijn werk doet, zijn beoordelingsgesprekken -zoals mijn werkgever al aangaf- inderdaad compleet overbodig.
Ik zal hem snel gaan vertellen dat hij heel heel errug gelijk heeft. ‘Zoals altijd!’ zal ik er nog juichend aan toevoegen, terwijl ik me omdraai om koffie voor hem te halen. Dat kan vast geen kwaad, zo vlak voor m’n beoordelingsgesprek!
Een selectie van eerder verschenen En-kwesties is in boekvorm verschenen en verkrijgbaar voor € 7,50. De opbrengst van het boekje is bestemd voor het Koningin Wilhelmina Fonds (KWF). Wilt u een of meerdere boekjes ontvangen? Mail Willeke en het komt voor elkaar!



