Terug naar overzicht
14 januari 2018

En-kwestie: Kinderkerstvakantie

Het valt niet mee een hardwerkende Nederlander te zijn. Vooral het uitzicht dat je door moet werken tot je linea recta het bejaardenhuis in kan, stemt somber. En dat moet je overigens nog maar zien te halen. Werkgevers ruilen immers de oudere werknemer maar wat graag in voor meer jeugdige exemplaren. Nou ja, genoeg gezanikt en tevreden voorwaarts. We hebben gelukkig nog werk en bovendien is de kerstvakantie weer achter de rug.

Inschrijven voor onze gratis Digi-kwest nieuwsbrief.

Iedere vakantie, de kerstvakantie niet uitgezonderd, geeft aanleiding voor grote generatieconflicten binnen doorsneegezin Vluggen. De conflicten ontstaan door verschillende uitgangs- en verwachtingspatronen. De uitgangspunten zijn vreemd genoeg voor beide groepen gelijk; zowel ouder als kind vindt dat hij/zij het allermeest van het hele gezin vakantie heeft verdiend. Dit zorgt voor verwachtingspatronen die helaas juist haaks tegenover elkaar staan. Zowel gezinshoofd Vluggen als ikzelf verwacht dat ons kroost af en toe een helpende hand in het huishouden toesteekt. Ons kroost adviseert ons daarentegen om op dat punt vooral onze handen niet in het vuur te steken.  

Het vreemdst van dit alles is dat onze parasietjes werkelijk lijken te geloven dat ze een veel zwaarder  leven hebben. Er wordt om dit te bewijzen uiteraard gewezen op de verplichtingen van school en bovendien moeten wij de enorme impact die afspreken met vriendjes, winkelen met vriendinnetjes, en uitgaan met biertjes op hun energielevel heeft, vooral niet onderschatten. Kortom; ‘laat me met rust en wat eten we vanavond?’.

Iedere discussie is verder zinloos. Ook met mevrouw Vluggen overigens, die al op vakantiedag 2 eieren voor haar geld en dus de kant van de kinderen kiest. Als ik haar goed begrijp schijnt het belangrijk te zijn dat de luiaards zich welkom voelen en alleen zo lang zij gepamperd worden totdat zij uitgerust en weldoorvoed op dertigjarige leeftijd het nest verlaten, op een gelukkige jeugd kunnen terugkijken.

Enfin. Twee weken lang liggen de vleesgeworden vruchtjes van onze vergankelijke vruchtbaarheid derhalve op bank, bed, stoel, trap of tapijt met een mobiel, i-pad of laptop binnen handbereik te appen en te gamen. Chillen tot ze een ons wegen. Al lijkt me dat onwaarschijnlijk gezien de massale strooptochten die ter afwisseling in koel- vries- en voorraadkast ondernomen worden. De enige noemenswaardige beweging die ondernomen wordt is af en toe een voet optillen als de stofzuiger langskomt.

U zult begrijpen dat ik mij juichend richting kantoor forensde op de eerste werkdag van het jaar. Heerlijk een hele dag vertoeven onder gelijkgestemde werklustigen! Toen ik met een verlekkerde zucht achter m’n bureau onderuitzakte en het peeceetje aandrukte, was het met mijn opgeruimd gemoed echter snel gedaan. Als één van de eerste nieuwsberichten op mijn beeldscherm las ik namelijk dat het de Wereldgezondheidsorganisatie behaagt om gameverslaving officieel te erkennen als aandoening! Dus die koters voeren totaal niets uit behalve een beetje turen in een schermpje en als beloning krijgen ze nu al een excuus aangereikt om nooit meer te hoeven werken! 

Nou ja, één voordeel is er natuurlijk wel. Onze werkgevers gaan zo nevernooit capabele jeugdige werknemers vinden om onze arbeidsplaats in te nemen. Die pensioenleeftijd gaan we op ons gemak halen, fluitend. Behalve tijdens de vakanties dan.