Terug naar overzicht
26 oktober 2020

Compensatie transitievergoeding onduidelijk

Transitievergoedingen kunnen door UWV worden gecompenseerd als de werknemer twee jaar ziek is geweest. Een andere mogelijkheid voor compensatie is dat de werknemer wordt ontslagen vanwege bedrijfsbeëindiging, omdat de werkgever door ziekte, pensionering of overlijden zijn bedrijf niet kan voortzetten. De drie laatste mogelijkheden zouden in werking moeten treden per 2021, maar het is nog niet duidelijk hoe. De onduidelijkheid bij compensatie vanwege ziekte van de werkgever is dusdanig dat de invoering zelfs wordt uitgesteld.

Inschrijven voor onze gratis Digi-kwest nieuwsbrief.

De compensatie bij bedrijfseindiging was eigenlijk alleen voorzien voor de situaties waarin de werkgever vanwege pensioen of langdurige ziekte zijn bedrijf niet zou kunnen voortzetten. Het gaat dan om werkgevers die minder dan 25 werknemers in dienst hebben en geen vereniging of stichting zijn. Op verzoek van de Tweede Kamer is er ook een compensatie gekomen voor de transitievergoeding die betaald wordt na bedrijfsbeëindiging vanwege overlijden van de werkgever. De drie regelingen zouden ingaan per 2021. Dat geldt nog steeds voor de compensatie die verstrekt wordt na pensionering of overlijden van de werkgever. Er zijn echter nog steeds geen voorwaarden of uitvoeringsregels gepubliceerd, waardoor nog steeds onduidelijk is hoe de exacte regelingen er in de praktijk uit komen te zien.

De onduidelijkheid is nog groter bij de compensatie van de transitievergoeding bij bedrijfsbeëindiging vanwege langdurige ziekte van de werkgever. Minister Koolmees had in de plannen een grote rol voor de bedrijfsarts en het UWV voor ogen bij de uitvoering van deze regeling. De inzet van de bedrijfsarts is vooral ingegeven door het tekort aan verzekeringsartsen bij het UWV. Hun voorwerk moet de ureninzet van de verzekeringsartsen verminderen. Allereerst zou een bedrijfsarts een beschrijving moeten opstellen van de objectief medische belastbaarheid in termen van functionele mogelijkheden en beperkingen. Ook geeft de bedrijfsarts een prognose van de   mogelijkheden en beperkingen en beoordeelt of de werkgever zijn taken binnen zes maanden weer zou kunnen uitvoeren. Het UWV beoordeelt vervolgens op basis van de aangeleverde stukken en eventueel eigen onderzoek of de werkgever zijn werkzaamheden kan of had kunnen voortzetten binnen zes maanden nadat het advies door de bedrijfsarts gegeven is.

Op 16 oktober jl. liet minister Koolmees weten dat de regeling compensatie bij ziekte van de werkgever nog niet uitvoerbaar is per 2021. In een Kamerbrief schrijft hij:

De afgelopen maanden is intensief overleg gevoerd met UWV en beroepsverenigingen op het terrein van bedrijfs- en verzekeringsgeneeskunde over de vraag op welke wijze deze beoordeling kan worden uitgevoerd. Dit overleg heeft nog niet tot een werkbare uitkomst geleid. De komende tijd worden deze gesprekken vervolgd. Het is echter nog niet duidelijk wanneer deze gesprekken afgerond kunnen worden en wat de nieuwe datum van inwerkingtreding zal kunnen zijn. Wanneer hier duidelijkheid over is, zal ik uw Kamer daarover berichten.

Inmiddels is de compensatieregeling van de transitievergoeding een stuk ingewikkelder geworden dan de transitievergoeding zelf.